Herziening minder woordgetrouw dan SV

Twintig voorbeelden uit Genesis

hsv-uitgave-2010-vivella

De eerste volledige uitgave van de HSV verscheen in december 2010.

Bron

© 2010 getrouwevertaling.nl. Overname met bronvermelding voor niet-commercieel gebruik is toegestaan.

Herziening minder woordgetrouw dan Statenvertaling - Twintig voorbeelden uit Genesis

Inleiding

De Statenvertaling (SV) kenmerkt zich door grote nauwkeurigheid in het vertalen van de afzonderlijke woorden in de Bijbeltekst. De vertaling is niet alleen ‘zinsgetrouw’, dat wil zeggen: de bedoeling van een tekst wordt juist weergegeven, maar ook ‘woordgetrouw’, dat wil zeggen: de afzonderlijke woorden worden nauwkeurig naar de grondtekst vertaald. Door het verschil in talen is een letterlijke vertaling van afzonderlijke woorden echter niet altijd mogelijk. Een aanpassing om aan het Nederlands tegemoet te komen, is daarom soms onvermijdelijk. Dat is ook in de Statenvertaling regelmatig gebeurd. De meer letterlijke vertaling is dan aangetekend in de kanttekeningen (met ‘Hebr.’ of ‘Gr.’).

De statenvertalers zochten in het vertalen de volgende drie eisen of criteria te combineren:
1. een zinsgetrouwe vertaling (dit in de eerste plaats);
2. een woordgetrouwe vertaling indien enigszins mogelijk;
3. een vertaling in grammaticaal correct Nederlands (wat niet hetzelfde is als gebruikelijk Nederlands).

In de Herziene Statenvertaling (HSV) zien we een verschuiving. Aan het tweede criterum, de woordgetrouwe vertaling, is wat minder gewicht gegeven, terwijl het derde criterium, het correcte Nederlands, is omgebogen naar meer ‘gebruikelijk’ Nederlands. Dit levert vanzelfsprekend een vertaling op die vaak gemakkelijker leest, maar die tevens minder nauwkeurig de afzonderlijke woorden in de grondtekst weergeeft dan de Statenvertaling.

Hiermee hangt samen dat in de Herziene vertaling vaak interpretatie is toegevoegd. Dit gebeurt bijvoorbeeld door een woord niet letterlijk te vertalen, maar in de vertaling een bepaalde kleuring of invulling te geven aan de betekenis ‘ter verduidelijking’. Een Bijbelvertaling die woordgetrouw en brontaalgericht wil zijn, behoort echter zo veel mogelijk bij de oorspronkelijke woorden te blijven. Onnodige interpretaties behoren te worden vermeden. Deze horen thuis in kanttekeningen en verklaringen, maar niet in de tekst zelf.

In dit artikel ga ik in op twintig voorbeelden uit het Bijbelboek Genesis. De eerste tien voorbeelden worden uitgebreider besproken dan het tweede tiental. Op een na zijn alle voorbeelden genomen uit de hoofdstukken 1–24. Aan de hand van deze voorbeelden zal blijken wat hierboven is gesteld, namelijk dat de Herziene vertaling minder woordgetrouw is en meer (onnodige) interpretatie in de tekst toevoegt dan de Statenvertaling.

Vertalingen waarmee tevens vergeleken wordt, zijn:
– de Authorized Version of King James Version (KJV) uit 1611;
– de New King James Version (NKJV) uit 1982;
– de Elberfelder vertaling in de editie 2003 (Elb 2003).

Deze vertalingen staan bekend als woordgetrouwe vertalingen. Bovendien zijn ze onafhankelijk van de Statenvertaling tot stand gekomen en dragen dus bij aan een eerlijke vergelijking. Incidenteel zal in de voorbeelden naar andere vertalingen verwezen worden.

Voorbeelden 1–10

Voorbeeld 1 – Genesis 4:5

HSV: ‘Toen ontstak Kaïn in grote [woede] en liet hij zijn hoofd zakken.’
SV: ‘Toen ontstak Kaïn zeer en zijn aangezicht verviel.’
KJV: ‘And Cain was very wroth, and his countenance fell.’
NKJV: ‘And Cain was very angry, and his countenance fell.’
Elb 2003: ‘Und Kain ergrimmte sehr, und sein Angesicht senkte sich.’

Het ‘(ver)vallen’ van het aangezicht van Kaïn wordt door nagenoeg alle uitleggers in verband gebracht met zijn toorn. Uit zijn aangezicht en houding sprak toorn of dreiging. Ook in Jeremia 3:12 (zie de kanttekening in de SV bij deze tekst) zien we dat het ‘vallen van het aangezicht’ in verband staat met toorn.

De HSV geeft een vrije vertaling: ‘aangezicht’ is gewijzigd in ‘hoofd’, het onderwerp in de zin is gewijzigd (‘hij’ in plaats van ‘aangezicht’) en ‘viel’ is veranderd in ‘liet zakken’. Het resultaat van deze bewerkingen is een interpretatie die niet erg waarschijnlijk is. Het hoofd laten zakken duidt immers op moedeloosheid of vernedering. Dit past slecht bij de woorden die onmiddellijk voorafgaan en de geschiedenis die volgt. (Dit ondanks de interpretatie die de Herziene vertaling aan vers 7a geeft.) In een woordgetrouwe vertaling dient het geven van interpretatie te worden vermeden. Dat geldt zeker wanneer ook andere goede uitleggingen mogelijk zijn.

Ook andere vertalingen geven interpretaties in vers 5, zoals: ‘zijn gelaat betrok’ (NBG 1951), ‘zijn gezicht werd grimmig’ (Willibrordvertaling 1995), ‘zijn blik werd donker’ (NBV 2004). Steun voor de uitlegging in de HSV treffen we in deze vertalingen dus niet aan. De SV, KJV, NKJV en Elb 2003 geven weinig of geen uitleg en houden zich meer aan de Hebreeuwse tekst.

Voorbeeld 2 – Genesis 8:4

HSV: ‘En de ark bleefvastzitten op het gebergte van Ararat.’
SV: ‘En de ark rustte… op de bergen van Ararát.’
KJV: ‘And the ark rested… upon the mountains of Ararat.’
NKJV: ‘Then the ark rested… on the mountains of Ararat.’
Elb 2003: ‘… ruhte die Arche auf dem Gebirge Ararat.’

Het verschil is duidelijk. De HSV vertaalt het woord ‘rustte’ in navolging van NBG 1951 niet letterlijk, maar maakt ervan: ‘bleef vastzitten’. De andere vertalingen geven wel een letterlijke vertaling. Een niet-letterlijke vertaling is geheel onnodig. Over ‘vastzitten’ zegt de grondtekst niets, dan moet het ook niet zo vertaald worden.

Bovendien is ‘rusten’ een themawoord in dit hoofdstuk. De naam Noach betekent ‘rust’. De ark ‘rustte’, de duif ‘vond geen rust voor het hol van haar voet’, maar vond deze rust alleen bij Noach (rust) in de ark (vers 9) en de HEERE rook ‘de reuk der rust’ (vers 21, zie kanttekening SV). Dan is het temeer van belang dat dit themawoord in vers 4 blijft staan.

Voorbeeld 3 – Genesis 11:28

HSV: ‘Haran stierf tijdens [het leven] van zijn vader Terah’.
SV: ‘En Haran stierf voor het aangezicht zijns vaders Terah’.
KJV: ‘And Haran died before his father Terah’.
NKJV: ‘And Haran died before his father Terah’.
Elb 2003: ‘Und Haran starb vor dem Angesicht seines Vaters Tarah’.

SV en Elb 2003 hebben hier het woord ‘aangezicht’, zoals we dit ook in het Hebreeuws vinden. De SV heeft dit woord ‘aangezicht’ (bij personen) meestal in de tekst laten staan, ook wanneer de uitdrukking geen gebruikelijk Nederlands is. Dit was de bewuste keuze van de vertalers, die het Hebreeuwse taaleigen in de vertaling wilden behouden, eventueel met een toelichting in de kanttekeningen. Zo was het hen ook opgedragen door de Dordtse Synode. De KJV en NKJV vertaalden ‘before his father’ en lieten daarmee het woord ‘aangezicht’ onvertaald. De HSV gaat, evenals NBG 1951, nog een stapje verder door te vertalen ‘tijdens [het leven]’. Hiermee vervalt niet alleen het woord ‘aangezicht’, maar wordt ook de uitleg in de tekst toegevoegd.

hsv-parallel-2010-fragment-klein

‘Herziening minder woordgetrouw
dan Statenvertaling.’

Maar betekent dit sterven ‘voor het aangezicht van zijn vader’ werkelijk niet meer dan ‘tijdens het leven van zijn vader’? Is dat het enige dat hier bedoeld wordt? Dat valt niet aan te nemen, het gaat er hier ook om dat Terah bij dit sterven aanwezig was of op zijn minst in dezelfde woonplaats was als Haran. Daarmee wordt tevens duidelijk gemaakt dat deze gebeurtenis plaatsvond vóórdat Terah verder reisde richting Kanaän (vers 31). De kanttekening in de SV verklaart ‘voor het aangezicht zijns vaders’ als volgt: ‘Dat is, in het leven en de tegenwoordigheid van zijn vader.’ De HSV kiest dus voor een verklaring in de tekst, maar deze verklaring is wel onvolledig.

Voorbeeld 4 – Genesis 14:22

HSV: Ik zweer bij de HEERE, God, de Allerhoogste, Die hemel en aarde bezit’.
SV: Ik heb mijn hand opgeheven tot den HEERE, den allerhoogsten God, Die hemel en aarde bezit’.
KJV: I have lift up mine hand unto the LORD, the most high God, the possessor of heaven and earth’.
NKJV: I have raised my hand to the LORD, God Most High, the Possessor of heaven and earth’.
Elb 2003: Ich hebe meine Hand auf zu dem HERRN, zu Gott, dem Höchsten, der Himmel und Erde besitzt’.

In deze tekst in Genesis horen we voor het eerst nadrukkelijk van een eed. Abraham heeft gezworen met opgeheven hand. Het is onbegrijpelijk dat de Herziene Statenvertaling dit opheffen van de hand in de vertaling heeft weggelaten en vervangen door een simpel ‘ik zweer’. In een voetnoot wordt nog wel het opheffen van de hand vermeld, maar waarom niet in de tekst zelf? In een vertaling die de pretentie heeft woordgetrouw te zijn, hadden deze woorden zonder enige twijfel moeten blijven staan. Een toelichting kan gegeven worden in een noot of kanttekening, zoals in de SV: ‘Dat is, ik heb gezworen met opgeheven hand.’

De HSV is daarnaast niet consistent. Wanneer dezelfde Hebreeuwse woorden gebruikt worden voor het zweren door God Zelf (bijvoorbeeld Ex. 6:7, Num. 14:30, Deut. 32:40), is dit in de HSV wél letterlijk vertaald, hoewel het opheffen van de hand juist dán zinnebeeldig is. Het onderscheid dat men in de vertaling maakt tussen het zweren door een mens en het zweren door God Zelf, is in strijd met concordant vertalen. Het gaat in het Hebreeuws immers om dezelfde uitdrukking en dezelfde betekenis.

Voorbeeld 5 – Genesis 15:8

HSV: ‘Hij zei: Heere HEERE, waardoor zal ik weten dat ik het in bezit zal krijgen?’
SV: ‘En hij zeide: Heere HEERE, waarbij zal ik weten, dat ik het erfelijk bezitten zal?’
KJV: ‘And he said, Lord GOD, whereby shall I know that I shall inherit it?’
NKJV: ‘And he said, “Lord GOD, how shall I know that I will inherit it?” ’
Elb 2003: ‘Und er sprach: Herr, HERR, woran soll ich erkennen, dass ich es besitzen werde?’

Het Hebreeuwse werkwoord betekent niet alleen ‘bezitten’, maar ook ‘erfelijk bezitten’ en ‘erven’. Het ‘erfelijk bezitten’ is in het Oude Testament een zeer wezenlijk begrip. De belofte aan Abraham gold niet alleen hemzelf, maar ook zijn zaad. Ook geestelijk en typologisch heeft dit ‘erfelijk bezitten’ een veel diepere betekenis. Het weglaten van het woord ‘erfelijk’ in de HSV (niet alleen hier, maar op vele plaatsen) is een ernstige verarming. Elb 2003 doet hier hetzelfde als de HSV, terwijl KJV en NKJV met de SV overeenstemmen.

Voorbeeld 6 – Genesis 16:6

HSV: ‘Zie, jouw slavin is in jouw macht.’
SV: ‘Zie, uw dienstmaagd is in uw hand.’
KJV: ‘Behold, thy maid is in thine hand.’
NKJV: ‘Indeed your maid [is] in your hand.’
Elb 2003: ‘Siehe, deine Magd ist in deiner Hand.’

De HSV is de enige vertaling van de vijf genoemde die hier niet vertaalt overeenkomstig de Hebreeuwse uitdrukking, maar de verklaring van de uitdrukking in de tekst opneemt. De verklaring is wel juist, maar het wijkt af van het principe om brontaalgericht en woordgetrouw te vertalen. Zo onbegrijpelijk is de uitdrukking toch niet, vele generaties hebben hier geen enkele moeite mee gehad.

Ook in dit geval is de HSV niet consistent. In veel andere plaatsen is ‘in uw hand’ en ‘in mijn hand’ in dezelfde betekenis wél letterlijk vertaald, bijvoorbeeld Genesis 9:2, Genesis 39:8, Exodus 23:31, Jozua 6:2, enzovoort.

Voorbeeld 7 – Genesis 21:1

HSV: ‘De HEERE nu zag om naar Sara zoals Hij gezegd had; de HEERE deed bij Sara zoals Hij gesproken had.’
SV: ‘En de HEERE bezocht Sara gelijk als Hij gezegd had; en de HEERE deed Sara gelijk als Hij gesproken had.’
KJV: ‘And the LORD visited Sarah as he had said, and the LORD did unto Sarah as he had spoken.’
NKJV: ‘And the LORD visited Sarah as He had said, and the LORD did for Sarah as He had spoken.’
Elb 2003: ‘Und der HERR wandte sich Sara zu, wer er gesagt hatte, und der HERR tat Sara, wie er geredet hatte.’

In de kanttekening in de SV vinden we bij het woord ‘bezocht’ het volgende aangetekend: ‘God bezoekt op tweeërlei wijze. Of met enige bijzondere weldaad, en vervulling Zijner belofte, als Gen. 50:24. Ex. 4:31. Ruth 1:6. Ps. 8:5; gelijk het woord hier ook genomen wordt. Of met uitvoering van dreigementen en straffen, Ex. 20:5. Deut. 5:9. Ps. 59:6. Jes. 27:1.’ Het woord ‘bezoeken’ heeft dus in de Bijbel twee betekenissen, een positieve en een negatieve (in het laatste geval vaak vertaald met ‘bezoeking doen’).

In de HSV wordt de positieve betekenis hier weergegeven met ‘zag om naar’. Idem in Elb 2003 met ‘wandte sich zu’. KJV en NKJV geven overeenkomstig de SV de vertaling ‘visited’ (bezocht). Ook NBG 1951 vertaalde nog met ‘bezocht’.

Niet alleen op grond van het Hebreeuwse woord en een consistente vertaling heeft ‘bezocht’ de voorkeur. Er is nog een andere reden. In Genesis 18:10 vinden we dat de Heere tot Abraham sprak: ‘Ik zal voorzeker weder tot u komen omtrent dezen tijd des levens; en zie, Sara, uw huisvrouw, zal een zoon hebben.’ Idem in vers 14. Een oplettende lezer zou kunnen vragen wanneer dit ‘wederkomen’ heeft plaatsgevonden. Welnu, met dit woord ‘bezocht’ wordt op deze toezegging teruggezien, al moet dit woord ‘bezocht’ vanzelfsprekend in overdrachtelijke zin worden opgevat. Zie kanttekening 23 in de SV bij Genesis 18:10. Zo verklaart ook het Beknopt commentaar op de Bijbel in de Nieuwe Vertaling uit 1963: ‘Hierin is de vervulling te zien van de toezegging: ‘Ik zal tot u wederkeren’, 18:10, 14.’ In de HSV valt dit verband door de vrijere vertaling helaas weg.

Voorbeeld 8 – Genesis 21:12

HSV: ‘… [alleen het nageslacht] van Izak zal uw nageslacht genoemd worden.’
SV: ‘… in Izak zal uw zaad genoemd worden.’
KJV: ‘… in Isaac shall thy seed be called.’
NKJV: ‘… in Isaac your seed shall be called.’
Elb 2003: ‘… in Isaak soll dir ein Same genannt werden’.

Terwijl de SV, KJV, NKJV en Elb 2003 voor een nagenoeg letterlijke vertaling kiezen, brengt de HSV enkele veranderingen aan: ‘zaad’ is vervangen door ‘nageslacht’ en ‘in Izak’ is vervangen door ‘[alleen het nageslacht] van Izak’.

Het beeld ‘zaad’ is zo eigen aan de Bijbel dat het voor vervanging niet in aanmerking komt. Niemand die de Bijbel met enige regelmaat leest, zal met dit woord een probleem hebben. Soms wordt een beroep gedaan op Luther voor een vrijere vertaling, maar ook Luther vertaalde dit woord letterlijk.

De vervanging van de woorden ‘in Izak’ is onnodig en verduistert de betekenis van de tekst. Het woordje ‘alleen’ krijgt nu alle nadruk, dit leidt af van de belofte die hier opnieuw aan Abraham gedaan wordt. Zie bijvoorbeeld de kanttekening van Johannes Piscator: ‘Dat is, het zaad/Zaad dat Ik u beloofd heb, zal door Isaak, als uw rechte erfgenaam, van u voortkomen.’ Dat is méér dan: ‘alleen het nageslacht van Izak zal uw nageslacht genoemd worden’.

Veel buitenlandse vertalingen vertalen hier letterlijk en brengen de belofte in de tekst veel beter tot uitdrukking dan de HSV. Nog enkele goede voorbeelden:

Schlachter-Bijbel 2000: ‘Denn in Isaak soll dir ein Same berufen werden.’
Luthervertaling 1984: ‘Denn in Isaak soll dir der Same genannt werden.’
Rabbi J.H. Hertz (1936): ‘… for in Isaac shall seed be called to thee.’

Voorbeeld 9 – Genesis 24:38

HSV: ‘… maar u moet naar mijn familie en naar mijn geslacht gaan’.
SV: ‘Maar gij zult trekken naar mijns vaders huis en naar mijn geslacht’.
KJV: ‘But thou shalt go unto my father’s house, and to my kindred’.
NKJV: ‘… but you shall go to my father’s house, and to my family’.
Elb 2003: ‘… sondern zum Haus meines Vaters … sollst du gehen’.

Ieder die regelmatig de Bijbel in een klassieke vertaling leest of hoort lezen, begrijpt de term ‘mijns vaders huis’. De HSV vervangt deze term onnodig. Dit past niet in een woordgetrouwe vertaling. Bovendien is de HSV niet consistent (bijvoorbeeld Gen. 12:1: ‘het huis van uw vader’; Ex. 16:31: ‘het huis van Israël’).

Voorbeeld 10 – Genesis 29:17

HSV: ‘Lea had fletse ogen’.
SV: ‘Doch Lea had tedere ogen’.
KJV: ‘Leah was tender eyed’.
NKJV: ‘Leah’s eyes were delicate’.
Elb 2003: ‘Und Leas augen waren matt’.

De SV vertaalt letterlijk naar het Hebreeuws dat de ogen van Lea ‘teder’ waren. Maar wat betekent dit? Het Hebreeuwse woord kan hier op twee manieren worden opgevat:

(1) Ofwel ‘teder’ betekent hier zacht, vriendelijk, lieflijk, en is daarmee een uitdrukking van schoonheid. Deze betekenis lijkt NKJV vooral op het oog te hebben met de vertaling ‘delicate’ (fijn, zacht, teer), evenals de New International Version (NIV 1984) in een voetnoot. Het verschil dat in dit vers tussen Lea en Rachel wordt gemaakt, ligt dan in het feit dat Rachel schoon van gestalte en schoon van aanzien was, terwijl Lea’s uiterlijke schoonheid vooral in haar ogen gelegen was.

(2) Ofwel ‘teder’ betekent zwak, zodat hier sprake is van een zeker gebrek aan de ogen van Lea. De kanttekening in de Statenvertaling geeft deze betekenis. Idem de joods-engelse vertaling Tanakh (1985) en de NIV waarin met ‘weak’ is vertaald.

De vertaling ‘flets’ komt niet alleen in de HSV en Elb 2003 voor, maar ook in veel Nederlandse vertalingen, vanaf NBG 1951 tot en met NBV 2004. Toch is deze vertaling ongegrond en speculatief. Nergens heeft het Hebreeuwse woord deze betekenis of een betekenis die er op lijkt. De statenvertalers waren wars van speculatieve vertalingen, maar hielden zich aan de gewone en erkende betekenissen van de woorden. Jammer genoeg volgen de herzieners dit hier niet na.

Voorbeeld 11–20

Hieronder de tweede reeks van tien voorbeelden. De bespreking is meestal korter dan bij de voorgaande tien.

Voorbeeld 11 – Genesis 1:9

HSV: ‘Laat het water… in één plaats samenvloeien’.
SV: ‘Dat de wateren… in één plaats vergaderd worden’.
KJV: ‘Let the waters… be gathered together unto one place’.
NKJV: ‘Let the waters… be gathered together unto one place’.
Elb 2003: ‘Es sammeln sich die Wasser… an [einen] Ort’.

Het Hebreeuwse woord betekent ‘verzameld worden’ of ‘zich verzamelen’. Met het ‘vloeien’ van water heeft het woord niets te maken. De HSV is minder woordgetrouw dan SV, KJV, NKJV en Elb 2003. De HSV volgt hier de eveneens vrijere NBG-vertaling van 1951.

Voorbeeld 12 – Genesis 1:14

HSV: ‘… en laten zij zijn tot aanduiding van vaste tijden en van dagen en jaren!’
SV: ‘… en dat zij zijn tot tekenen en tot gezette tijden, en tot dagen en jaren.’
KJV: ‘… and let them be for signs, and for seasons, and for days, and years’.
NKJV: ‘… and let them be for signs and seasons, and for days and years’.
Elb 2003: ‘… und sie seien zu Zeichen und [zur Bestimmung] von Zeiten und Tagen und Jahren’.

De HSV verbindt het woord ‘tekenen’ met de daarna volgende opsomming. Dit is een interpretatie waarvan de juistheid zeker niet vaststaat.

Voorbeeld 13 – Genesis 2:4

HSV: ‘Dit is wat uit de hemel en de aarde voortkwam’.
SV: ‘Dit zijn de geboorten des hemels en der aarde’.
KJV: ‘These are the generations of the heavens and of the earth’.
NKJV: ‘This is the history of the heavens and the earth’.
Elb 2003: ‘Dies ist die Geschichte des Himmels und der Erde’.

Letterlijk staat hier het woord ‘verwekkingen’, ‘generaties’ of ‘geboorten’. Ten onrechte spreekt de HSV in een noot van ‘afstammelingen’ als letterlijke vertaling; dit is niet juist. De interpretatie die de HSV geeft, is wel goed verdedigbaar, maar blijft een interpretatie (die overigens haaks staat op de kanttekening in de SV). NKJV en Elb 2003 kiezen een andere interpretatie.

Voorbeeld 14 – Genesis 3:6

HSV: ‘… en zij gaf ook [wat] aan haar man, die bij haar was, en hij at [ervan].’
SV: ‘… en zij gaf ook haar man met haar, en hij at.’
KJV: ‘… and gave also unto her husband with her; and he did eat.’
NKJV: ‘She also gave to her husband with her, and he ate.’
Elb 2003: ‘… und sie gab auch ihrem Mann bei ihr, und er ass.’

De woorden ‘met haar’ kunnen betekenen: 1. om met haar te eten (als metgezel in het kwaad). 2. die bij haar was. De HSV kiest de tweede betekenis waarvan het maar de vraag is of dit juist is. Het maken van een keuze is onnodig wanneer we blijven bij een letterlijke vertaling zoals de SV die hier geeft. Ook KJV, NKJV en Elb 2003 voegen geen interpretatie toe.

De ingevoegde woorden ‘wat’ en ‘ervan’ in de HSV zijn onnodig en storend.

Voorbeeld 15 – Genesis 6:14

HSV: Maak voor uzelf een ark van goferhout’.
SV: Maak u een ark van goferhout’.
KJV: Make thee an ark of gopher wood’.
NKJV: Make yourself an ark of gopherwood’.
Elb 2003: Mache dir eine Arche aus Gopherholz’.

ot-gen6-ark

Voor wie maakte Noach de ark?

Ogenschijnlijk geeft de HSV een goede en letterlijke vertaling. De Herziene vertaling gaat echter voorbij aan het feit dat het woordje ‘u’ in ‘maak u’ (SV) min of meer een overtollig (redundant) woord is. ‘Maak u’ is hier feitelijk synoniem aan: ‘Maak’. Met de vertaling ‘maak voor uzelf’ in de HSV wijzigt de betekenis en wordt de lezer op het verkeerde been gezet. De ark maakte Noach immers niet voor zichzelf alleen, maar voor het achttal mensen en alle dieren die de watervloed overleven zouden.

De HSV heeft de hier gebruikte vorm dikwijls foutief vertaald. Een ander duidelijk voorbeeld is Exodus 34:27, waar de HEERE tot Mozes zegt: ‘Schrijf deze woorden voor uzelf op’ (in plaats van: ‘Schrijf u deze woorden’, SV). Ook hier is de uitdrukking ‘voor uzelf’ overtollig en leidt deze manier van hertalen tot een onjuiste betekenis. Want Mozes schreef niet voor zichzelf (alleen), maar voor heel Israël.

(Grammatici noemen de vorm die we hier aantreffen een ‘dativus ethicus’. Daarin wordt de persoon genoemd die bij de handeling betrokken is. Deze vorm wordt in de SV en in veel andere vertalingen op een bijzondere manier weergegeven, namelijk als een extra object bij het werkwoord waardoor het werkwoord als het ware een wederkerig werkwoord wordt (bijvoorbeeld: ‘maken’ wordt ‘zich maken’; ‘nemen’ wordt ‘zich nemen’). Deze reflexieve vorm wordt ook in onze taal als overtollig ervaren: ‘maak u’ is feitelijk niets anders dan ‘maak’; ‘ik nam mij’ is feitelijk niets anders dan ‘ik nam’. Er mag echter niet vertaald worden ‘maak voor uzelf’. Want daarmee wordt een bestemming of doel uitgedrukt, terwijl dat in het geheel niet de bedoeling is. Dan is het nog beter dit overtollige woord weg te laten! Vergelijk ook de kanttekening bij Genesis 12:1 waaruit blijkt dat ook de statenvertalers deze vorm kenden en er rekening mee hielden.)

Voorbeeld 16 – Genesis 16:1

HSV: ‘Maar Sarai, de vrouw van Abram, had hem geen kinderen geschonken.’
SV: ‘Doch Sarai, Abrams huisvrouw, baarde hem niet.’
KJV: ‘Now Sarai Abram’s wife bare him no children:’
NKJV: ‘Now Sarai, Abram’s wife, had borne him no [children].’
Elb 2003: ‘Und Sarai, Abrams Frau, gebar ihm nicht.’

De invoeging van het woord ‘geschonken’ in de HSV is niet woordgetrouw. Het Hebreeuwse woord betekent ‘(kinderen) baren’ of ‘(kinderen) voortbrengen’. Zelfs de NBV heeft het woord ‘baren’ laten staan: ‘Abrams vrouw Sarai baarde hem geen kinderen.’

Voorbeeld 17 – Genesis 16:2

HSV: ‘… misschien zal ik uit haar nageslacht krijgen.’
SV: ‘… misschien zal ik uit haar gebouwd worden.’
KJV: ‘it may be that I may obtain children by her.’
NKJV: ‘… perhaps I shall obtain children by her.’
Elb 2003: ‘… vielleicht werde ich aus ihr erbaut werden.’

SV en Elb 2003 volgen hier de letterlijke Hebreeuwse tekst. HSV, KJV en NKJV verklaren de uitdrukking in de vertaling.

Voorbeeld 18 – Genesis 16:9

HSV: ‘… onderwerp u aan haar gezag.’
SV: ‘… verneder u onder haar handen.’
KJV: ‘… submit thyself under her hands.’
NKJV: ‘… submit yourself under her hand.’
Elb 2003: ‘… demütige dich unter ihre Hände.’

De HSV is de enige vertaling in dit rijtje die ‘onder haar handen’ niet heeft laten staan in de tekst (hoewel de NKJV in enkelvoud: ‘under her hand’).

Voorbeeld 19 – Genesis 19:19

HSV: ‘… U hebt Uw grote goedertierenheid aan mij bewezen’.
SV: ‘… Gij hebt Uw weldadigheid groot gemaakt, die Gij aan mij gedaan hebt’.
KJV: ‘… thou hast magnified thy mercy, which thou hast shewed unto me’.
NKJV: ‘… you have increased your mercy which you have shown me’.
Elb. 2003: ‘… du hast deine Güte gross gemacht, die du an mir erwiesen hast’.

De zinsconstructie is in de HSV aangepast: de bijzin is vervallen en het werkwoord ‘groot gemaakt’ is gewijzigd in een bijvoeglijk naamwoord. Dit heeft niet direct gevolgen voor de betekenis, maar het wijkt wel af van de zinsbouw die hier toch werkelijk niet moeilijk is. Van de genoemde vertalingen staat de HSV hierin alleen.

De SV is consequent in het handhaven van de woordsoorten (werkwoorden blijven werkwoorden, naamwoorden blijven naamwoorden, e.d.), de HSV gaat daar vrijer mee om, niet alleen in dit voorbeeld, maar ook in andere gevallen.

Voorbeeld 20 – Genesis 24:50

HSV: ‘Laban en Bethuel antwoordden’.
SV: ‘Toen antwoordde Laban en Bethuël, en zeiden’.
KJV en NKJV: ‘Then Laban and Bethuel answered and said’.
Elb 2003: ‘Da antworteten Laban und Behuel und sprachen’.

In de grondtekst ligt een fijne nuance in het enkelvoud ‘antwoordde’. Van de genoemde vertalingen komt dit alleen in de SV tot uitdrukking. Laban treedt op de voorgrond en antwoordt als eerste, en zijn vader Bethuël volgt. Zie ook de kanttekening in de SV.

Sommige andere vertalingen geven het onderscheid tussen enkelvoud en meervoud in dit vers evenals de SV correct weer. Bijvoorbeeld de Naardense Bijbel (NB 2004): ‘Dan antwoordt Laban, en Betoeël ook, – en zij zeggen’.

Daarnaast is het woord ‘zeiden’ in de HSV als enige van de genoemde vertalingen weggelaten. Het is te gemakkelijk om te zeggen dat dit woord slechts de functie heeft van een dubbele punt. Een dubbele punt wordt in het lezen immers niet gehoord, het woord ‘zeiden’ wel.

Besluit

Duidelijk is met deze voorbeelden aangetoond dat de Herziene Statenvertaling in diverse gevallen minder nauwkeurig de letterlijke betekenis van een woord of uitdrukking weergeeft en daarmee minder woordgetrouw en brontaalgericht is dan de Statenvertaling. Dit is een verandering in de methode van vertalen. Regelmatig resulteert dit in onnodige interpretatie in de tekst of minder nauwkeurige vertalingen zoals de voorbeelden aantonen. Ook blijkt uit de voorbeelden dat bekende buitenlandse vertalingen die als woordgetrouw bekend staan, namelijk de King James Version (KJV), New King James Version (NKJV) en de Elberfelder vertaling 2003, meer met de Statenvertaling overeenkomen dan met de HSV. De HSV staat in deze voorbeelden meestal alleen in het geven van een minder letterlijke vertaling.

De vraag zou kunnen worden gesteld of het wel nodig is dat de Herziene Statenvertaling even woordgetrouw en brontaalgericht vertaalt als in de Statenvertaling gedaan is. Mag niet iedere vertaling hierin een eigen keuze maken? Op zich zou dit een terechte vraag zijn wanneer de Herziene Statenvertaling zich als een nieuwe vertaling gepositioneerd had (en dan ook met een andere naam!). Maar dat is niet het geval. Dikwijls (en nog steeds) is door de Stichting HSV beweerd dat beoogd wordt ‘de huidige en komende generatie bij de Statenvertaling te bewaren’. En in de verantwoording in de brochure ‘De Statenvertaling herzien’ (2009) wordt gemeld: ‘De HSV is niets meer en niets minder dan een restauratie van de Statenvertaling’ (blz. 36). Welnu, zou dit waar zijn, dan mag toch zeker verwacht worden dat de Herziene Statenvertaling even woordgetrouw en brontaalgericht is? Uit de genoemde voorbeelden is (opnieuw) het tegendeel gebleken.

Terug

Naar top van deze pagina

Naar hoofdpagina Herziene Statenvertaling

© 2010-2015 getrouwevertaling.nl